Kringenwerk

Visie


“Omzien naar elkaar en elkaar laten delen in wat we ontvangen hebben”

Dit was en is het uitgangspunt van het Pastorale model die we zijn ingeslagen met de SWG.

De kring zou een plek moeten zijn waar wij naar elkaar omzien en elkaar helpen in geloof te leven. Het is dan ook de diepgewortelde overtuiging vanuit de kerkenraad dat het voor ieder gemeentelid waardevol is om lid te zijn van een kring.

Een kring kan hiermee bijdrage aan de opbouw van de gemeente. Maar ook aan de opbouw en verdere uitbouw van het geloofsleven d.m.v. Bijbelstudie, voorbeden, liefhebben en bemoediging van elkaar.

Onderling contact
Op de volgende manieren kan een kring betekenisvol voor elkaar en voor anderen zijn:
 Door er te zijn.
 Door te luisteren naar elkaar.
 Door voor elkaar te bidden.
 Door een kaartje te sturen.
 Door een keer een telefoontje te plegen naar elkaar.
 Door een uitnodiging voor koffie na een kerkdienst.
 Door me te doen aan een gezamenlijke kringmaaltijd.
 Door mee te helpen aan een kookbeurt voor de zondagmiddagproeverij in Salvatori.
 Door een uitnodiging voor een kringactiviteit. (v.b. strandwandeling, museumbezoek, uiteten met elkaar etc.)

Opzet van het kringenwerk
Een kring bestaat uit 10-15 leden. Liefst met verschillende achtergronden om zo ook een representatieve groep uit de gemeente te vormen. Een kring komt geregeld bij elkaar in de frequentie van minimaal 1x per maand, waarbij in een jaar minimaal 10 bijeenkomsten zijn.


Iedere kring ‘adopteert’ een aantal ouderen. Het idee hiervan is dat deze ouderen vaak niet meer in staat zijn een kringbezoek af te leggen, maar op deze manier wel betrokken blijven bij de gemeente. De kring bezoekt deze ouderen af te toen, nodigt deze uit als er een bijzondere activiteit is (v.b. maaltijd) en stuurt af en toe een kaartje.

Ook wordt van de kring verwacht dat zij uitnodigend zijn en blijven naar ‘niet-kringbetrokken gemeenteleden’. Door middel van deze mensen te blijven uitnodigen en op de hoogte houden van de aankomende samenkomsten en activiteiten.

Onder de 10-15 leden van de kring wordt een kringleider en een kringcoördinator benoemd. De kringleider zorgt er onder andere voor dat iedereen tijdens een kringavond aan de beurt komt met zijn of haar mening. Zodat er niemand ondergesneeuwd raakt door de sterke mening van anderen. De kringcoördinator zorgt voor de praktische zaken van de kring. Meer informatie over de kringleider/coördinator verderop in dit document.

Verder krijgt iedere kring een kringouderling toegewezen. De bedoeling van een kringouderling is dat deze minimaal 2 maal per jaar de kring bezoekt en minimaal 1 van deze bezoeken inricht als groothuisbezoek. Bij het groothuisbezoek is het de bedoeling erachter te komen hoe de kring loopt, wat er speelt bij de mensen in hun geloofsleven en hoe zij tegenover het kerkleven staan.

Iedere ouderling, met uitzondering van de voorzitter, scriba en de jeugdouderling, zijn op deze manier verbonden aan 2 kringen.

Ook heeft elke kring een kringdiaken. Het idee van een kringdiaken is:
Doel van de kringdiaken is om laagdrempelig contact te houden met de kringcoördinator. Hierdoor is de communicatielijn richting de diaconie kort, is de diaconie makkelijker benaderbaar en raakt de diaconie meer op de hoogte van het wel en wee van de kringleden. Dit geeft de diaconie tevens de mogelijkheid eerder mee te denken indien gewenst en om kringleden te motiveren om actief om te zien naar hun mede kringleden, de gemeenteleden en de mensen buiten onze gemeente.

Tijdens de kringbijeenkomsten is het aan de kring zelf om een invulling te geven aan het onderwerp van de avond. Veel kringen behandelen een boekje met daarin verschillende hoofdstukken en verschillende onderwerpen, waarbij de avond elke keer door een ander kringlid wordt voorbereid.

Verwachtingen van de kring

Van een kring wordt verwacht dat zij

  1. In een frequentie van 1 a 2 maal per maand bij elkaar komen.
  2. Samen zorg draagt voor de inhoudelijke component van de samenkomsten.
  3. Regelmatig nadenkt hoe ze uitnodigend kan zijn naar ‘niet betrokken kringleden’, die wel aan de kring gelieerd zijn.
  4. Attent is richting de ouderen van de gemeente die door de kring geadopteerd zijn.
  5. Een open houding aanneemt ten aanzien van de kringouderling, welke beperkt aanwezig zal zijn.
  6. Uit haar midden een kring coördinator en kringleider aanwijst.
  7. Een open houding aanneemt bij hulpvragen t.b.v het missionaire en diaconale werk van de gemeente.

Van een kringleider wordt verwacht dat hij/zij

  1. Een aanspreekpunt is voor de kringouderling over het geestelijk wel/wee van de kring.
  2. Indien nodig bij bijzonderheden/zorg onder actieve kringleden, de kringouderling of predikant informeert. De kringouderling of predikant kan de diaconie inschakelen waar nodig.
  3. Vragen die leven in de kring neerlegt bij de kringouderling, predikant of het team Gemeenteopbouw.
  4. Er zorg voor draagt dat alle kringleden betrokken zijn bij het gesprek en dat naar iedereen wordt omgezien.
  5. Regelmatig onderzoekt of er verbetermogelijkheden zijn voor het functioneren van de kring.

Van een kring coördinator wordt verwacht dat hij/zij

  1. De eerste bijeenkomst van het nieuwe seizoen praktische afspraken maakt over het functioneren van de kring.
  2. Een vinger aan de pols houdt of gemaakte afspraken worden nagekomen.
  3. Zorg draagt voor het informeren van actieve-kringleden die een bijeenkomst hebben moeten missen.
  4. In geval van onvoorziene omstandigheden regie neemt en de kring dient met een nieuw voorstel.

Van een kring ouderling wordt verwacht dat hij/zij

  1. Leden van de kring pastoraal bijstaat of bij laat staan indien daar behoefte aan is.
  2. 2 maal per jaar aanwezig is op een kringbijeenkomst
  3. Een van deze bijeenkomsten zal inkleden als groothuisbezoek. Waarbij iedereen aan bod komt.
  4. Proactief contact opneemt met de kringleider/kringcoördinator om te horen of er hulp geboden kan worden.
  5. Indien nodig de predikanten of pastorale bezoekers inschakelt om pastorale zorg te bieden.

Van een kring diaken wordt verwacht dat hij/zij

Weet wie de kringleden zijn en regelmatig contact houdt met de kringcoördinator om te infomeren naar het wel en wee binnen de kring. Tevens is het streven om minimaal één keer per kerkelijk jaar deel te nemen aan een kringbijeenkomst om hierbij samen met de kringleden de diaconale verdieping te zoeken middels een Bijbelstudie.